In april 2015 ging fotografe en reportagemaakster Lieve Blancquaert met Plan België naar Nepal. Ze filmde er in het district Rautahat een reportage over kindhuwelijken voor de één-reeks Wedding Day. Tegelijk maakte ze er prachtige foto's en schreef de verhalen van meisjes neer voor het gelijknamige boek.

Op onze campagneblog brengen we het verhaal van Lieve in vijf delen en portretten. Het eerste verhaal gaat over Punam en Ashok.

Punam & Ashok

Punam vermoedt dat ze zestien is, maar om daar zeker van te zijn vraagt ze het aan haar tante. Die telt op haar vingers. Ze komen er niet uit. Het kan evengoed zeventien of vijftien zijn. Niemand rond haar kan het bevestigen. Punams ouders zijn overleden, en samen met haar twee jongere zusjes zijn ze sinds die dag in de handen van een tante. Dat was toen de enige oplossing, maar vandaag is de situatie voor iedereen onhoudbaar geworden. Hen allemaal voeden en een bed geven lukt niet meer. Ze worden te groot.

Boven op de armoede komt de gigantische druk van de gemeenschap, en dus moet Punam morgen trouwen. Ze heeft de jongen alleen op een doorgezonden foto op haar gsm gezien. Mijn maag keert. Ik kijk rond in de kamer. Deze vrouwen zijn niets. De laagste kaste, straatarm, analfabeet. En dan is er nog die verdomde traditie van de bruidsschat. Hoe jonger de bruid, hoe minder de familie van het meisje aan de ouders van de jongen moet betalen. Het is eigenlijk verboden, maar zoals zo dikwijls wint de traditie het op de wet. 

Ik kijk lang naar die foto van haar bruidegom op de gsm, maar de kwaliteit is zo slecht dat ik er enkel een witte plastic tuinstoel en een vage vlek van een donkere jongen op herken. Punams ogen zijn leeg wanneer ik haar over die jongen spreek. “Ik ben bang, ik weet niet waar ik naartoe ga. Mijn oom heeft hem gevonden en de afspraken met zijn familie gemaakt. Ik besef heel goed dat ik geen andere optie heb. De gemeenschap beslist over mij en mijn twee zusjes. Ik zal hen missen. Mijn tante kan het niet meer aan, en Ashok is de redder. Hij heeft werk in Bangalore. Hij naait er handtassen in een grote fabriek en verdient 100 dollar per maand. Mijn leven zal er zeker beter op worden. Ik geloof dat hij groot, mooi en goed is.” 

Punam heeft het lichaam van een kind, en de vraag of ze niet bang is om zwanger te worden lijkt niet tot haar door te dringen. Ik dring aan en vraag het opnieuw en opnieuw. “Hoe zal je ervoor zorgen dat je niet meteen zwanger wordt?” Haar antwoord snijdt als een mes. “Ik weet niet hoe dat gaat, zwanger worden.” 

Vierentwintig uur later zie ik het jongetje, Ashok, onder de sluier van zijn moeder. Hij is gekleed als een prins met schoenen die duidelijk enkele maten te groot zijn. Ik vraag aan zijn vrienden hoe oud hij is, en ik krijg vijf verschillende antwoorden. Niemand weet het precies maar zelf zie ik een kleine jongen, pas in zijn puberteit, en die kleine moet straks de man in huis zijn. Die verpletterende verantwoordelijkheid krijgt hij, met zijn 100 dollar per maand, op zijn smalle schoudertjes.

Tijdens een eindeloos lange ceremonie kijken de twee elkaar geen moment aan. Ik zie niets tussen hen, behalve angst en veel stress. Het hele gebeuren eindigt met het aanbrengen van een sindoor, een felrode lijn die Ashok met zijn duim op de haarlijn van zijn kersverse bruid trekt. Dat hindoesymbool zal Punam de rest van haar huwelijksleven dragen. Ze is vanaf nu het bezit van haar man en schoonfamilie. Die rode lijn op haar hoofd zorgt ervoor dat iedereen al van ver kan zien wat haar status is. 

De Wedding Day-boeken worden niet meer verkocht. De opbrengst van de Wedding Day-boeken die via Plan International België verkocht werden, gingen naar het project ‘Say No To Child Marriage’ in Nepal. 

Meer verhalen van Lieve Blancquaert uit Nepal:

Vind je dit artikel interessant? Deel het met je vrienden!